Ik ben in Zeeland, heerlijk een week alleen om te wandelen, te mediteren en te lezen.
Vandaag maak ik een wandeling van 15 kilometer in een prachtig stiltegebied door de duinen, waar alleen de vogels de baas zijn. De nacht ervoor word ik wakker. Alleen wandelen door het stiltegebied! Brr! Er komt in mij het beeld op van het hek waar ik door moet. Er staat een waarschuwing over het niet storen van de dieren: Houd afstand! Ik kan het ook niet doen? Zeker, maar dan zou ik zou mezelf teleurstellen en dan zal ik het niet weten, niet ervaren. Ik wil het durven, ik wil het doen. | Het is 12.00 uur en ga op pad. De rugtas gevuld met water, brood en een regenjas. Na een uur lopen zie ik het hek, ga erdoor en bij het dichtslaan wens ik mezelf een mooie wandeling. In het begin loop ik veel te snel en kijk nauwelijks om mij heen. Al gauw verandert dit, omdat ik mij veilig voel. Het gebied is prachtig! Ik loop omhoog, omlaag, door smalle duinpaadjes en brede zandverstuivingen, ontdek sporen en maak foto’s. Na twee uren wandelen voel ik een lichte hoofdpijn opkomen. Tijd voor drinken, eten en een pauze. Ik ben ongeveer op de helft. Het tweede deel wandel ik langs de kust. Oef…harde wind tegen en stuifzand! Ik ben moe, mijn benen doen zeer. Doorlopen maar, rechtop! Toch voel ik mij krachtig en heb het naar mijn zin! Het is tijd om de duinen over te steken, terug het bos in. Nu nog drie kwartier te gaan en dan zit mijn wandeling erop. De mitsen en maren waren onterecht en de irreële angst had het mis. |